26.1.06

9. GROTE SCHOONMAAK [Joh. 2:13-22]

Kort voor Pesach, het Joodse paasfeest, reisde Jezus naar Jeruzalem. Daar trof hij op het tempelplein de handelaars in runderen, schapen en duiven aan, en de
geldwisselaars die daar altijd zaten. Hij maakte een zweep van touw en joeg ze allemaal de tempel uit, met hun schapen en runderen. Hij smeet het geld van de
wisselaars op de grond, gooide hun tafels omver en riep tegen de duivenverkopers: ‘Weg ermee! Jullie maken een markt van het huis van mijn Vader!’ Zijn leerlingen dachten aan wat er geschreven staat: ‘De hartstocht voor uw huis zal mij verteren.’ (Johannes 2:13-17)

WAT NOU 'LIEVE' JEZUS?
De kerk heeft Jezus op zoetsappige zondagsschoolplaatjes afgebeeld als een zachtaardige man. Dat is waar: Jezus heeft zich als een mak lam naar de slachtbank laten leiden (Joh. 1:29). Maar dat is slechts één kant van de Messias. In dit gedeelte krijgen we de andere kant te zien: Jezus is óók de Leeuw van Juda (Opb. 5:5). Hier brult deze leeuw van woede en laat hij zijn tanden zien!


In dezelfde tempel waar de 12-jarige Jezus 'kind aan huis' was, houdt een volwassen, sterke, Jezus grote schoonmaak. Met het vanzelfsprekende recht van de oudste zoon, gooit hij de inbrekers de deur uit. Niet bepaald het 'lieve' beeld dat mensen van Jezus hebben, maar wel een beeld dat overeenstemt met wat er in de Psalmen staat: 'De hartstocht voor uw huis heeft mij verteerd' (Psalm 69:10).

HARTSTOCHTELIJK
Hartstocht - passie - dat is een woord dat bij een minnaar hoort. Als een jaloerse minnaar komt Jezus op deze heilige plaats, vlak voor Pesach, orde op zaken stellen. Degenen die van zijn Vaders huis een veemarkt en een rovershol hebben gemaakt, krijgen er flink van langs. Deze mannen, die bang zijn voor de invloed van Jezus (Marcus 11:18) - zien dat zij hun langste tijd hebben gehad.

Wanneer je de evangelieverslagen met elkaar vergelijkt, lijkt het erop dat Jezus aan het begin én aan het eind van zijn optreden de tempel gereinigd heeft. In Johannes wordt deze geschiedenis aan het begin verteld, in Matteüs en Marcus lezen we dat Jezus na zijn intocht in Jeruzalem de tempel reinigt. Het kan ook zo zijn dat de evangelisten in hun verslag een andere volgorde aanhouden.

ERFGENAAM
In Marcus 12 staat hoe Jezus na de tempelreiniging een gelijkenis vertelt over een man die een wijngaard aanlegde, deze verpachtte aan wijnbouwers, waarna hij zelf op reis ging. Na verloop van tijd stuurt hij knechten om de opbrengst van zijn wijngaard op te halen, maar de pachters hebben zich alle rechten toegeëigend en zij mishandelen, vernederen en doden de knechten die de eigenaar zendt. Jezus spreekt hier over de manier waarop de joodse leiders zijn omgegaan met de profeten die God eeuwenlang zond om zijn volk tot de orde te roepen. Maar de leiders namen Gods knechten niet serieus, in tegendeel, zij mishandelden, vernederden en vermoordden hen.

'Ten slotte was alleen nog zijn geliefde zoon over; die stuurde hij als laatste naar hen toe, met de gedachte: Voor mijn zoon zullen ze wel ontzag hebben. Maar de wijnbouwers zeiden tegen elkaar: "Dat is de erfgenaam. Kom op, laten we hem doden, dan is de erfenis van ons."' (Marcus 12:6,7)
De hogepriesters, schriftgeleerden en oudsten weten heel goed waar Jezus het over heeft. Maar zij erkennen niet dat zij hier oog in oog staan met de ware erfgenaam, de beloofde Messias. Zij vragen op hoge toon waar Jezus het recht vandaan haalt om zo tekeer te gaan in 'hun' tempel: ‘Met welk teken kunt u bewijzen dat u dit mag doen?’

PROFETISCH ANTWOORD
De leiders van de tempel willen direct een wonderteken van Jezus zien. Hij moet maar eens aantonen dat hij echt de Messias is. Maar Jezus laat zich niet in veleiding brengen en geeft ze een profetisch antwoord dat meer indruk maakt dan een wonderteken:

Jezus antwoordde hun: ‘Breek deze tempel maar af, en ik zal hem in drie dagen weer opbouwen.’ ‘Zesenveertig jaar heeft de bouw van deze tempel geduurd,’ zeiden de Joden, ‘en u wilt hem in drie dagen weer opbouwen?’ Maar hij sprak over de tempel van zijn lichaam. Na zijn opstanding uit de dood herinnerden zijn leerlingen zich dat hij dit gezegd had, en zij geloofden de Schrift en alles wat Jezus gezegd had. (Johannes 2:18-22)
MEER DAN JONA, MEER DAN SALOMO
Ook bij een andere gelegenheid komen de tempelleiders met deze vraag: ‘Meester, we zouden graag een teken van u zien.’ Jezus antwoordde:

‘Dit is een verdorven en trouweloze generatie. Ze verlangt een teken, maar zal geen ander teken krijgen dan dat van de profeet Jona. Want zoals Jona drie dagen en drie nachten in de buik van een grote vis zat, zo zal de Mensenzoon drie dagen en drie nachten in het binnenste van de aarde verblijven. Op de dag van het oordeel zullen de Ninevieten samen met deze generatie opstaan en haar veroordelen; want zij hadden zich bekeerd na de prediking van Jona, en hier ziet u iemand die meer is dan Jona! Op de dag van het oordeel zal de koningin van het Zuiden samen met deze generatie opstaan en haar veroordelen; want zij was van het uiteinde van de aarde gekomen om te luisteren naar de wijsheid van Salomo, en hier ziet u iemand die meer is dan Salomo! (Matteüs 12:38-42)
Duidelijker kan Jezus niet zijn. Het teken waarmee hij zal aantonen dat hij werkelijk de beloofde Overwinnaar is, geeft hij bij zijn opstanding uit de dood. Zoals Jona drie dagen in het donker zat, zo zal Jezus drie dagen in het graf verblijven. De inwoners van Nineve bekeerden zich massaal na de prediking van Jona, maar deze toehoorders van Jezus zijn bijna allemaal ziende blind en horende doof.

Als vanzelfsprekend verwijst Jezus ook naar de wijze tempelbouwer koning Salomo. Jezus, de Zoon van God, in wie alle schatten van wijsheid verborgen liggen (Kol. 2:2,3), is nu zelf Gods tempel op aarde! En als die tempel wordt afgebroken, zal Hij deze in drie dagen weer laten verrijzen. Welk teken moet Jezus nog meer geven om overtuigend te bewijzen dat hij werkelijk de beloofde Messias is?

ZELFREINIGEND VERMOGEN
woedend heeft hij huisgehouden
tafels omgekeerd
handel verdreven
het klappen van de zweep geleerd
alle hoeken schoongeveegd
opgeruimd staat netjes

M@IL