30.4.06

13. WEG MET DE MISVERSTANDEN [Joh. 4:27-42]

Op dat moment kwamen zijn leerlingen terug, en ze verbaasden zich erover dat hij met een vrouw in gesprek was. Toch vroeg niemand: ‘Wat wilt u daarmee?’ of ‘Waarom spreekt u met haar?’ (Joh. 4:27-42)

WAAROM GEEN VROUWEN?
Zomaar in gesprek gaan met een vreemde vrouw… welke vrome Joodse man uit het begin van onze jaartelling zou het in zijn hoofd halen? Jezus. Zijn leerlingen vinden het verbazingwekkend en misschien zelfs gênant. En dat terwijl wij ons vandaag de dag juist voor een dergelijke reactie van mannen zouden schamen! Waarom zou Jezus niet met een vrouw mogen spreken? Waarom zou hij een nieuwsgierig mens met onbeantwoorde vragen laten zitten? Waarom zou hij een naar liefde en vergeving hunkerend mens niet helpen en bevrijden? Zou Jezus een mens met al haar levensvragen moeten laten staan alleen omdat zij een vrouw was?!

Wat ben ik blij dat Jezus zo duidelijk brak met dit deel van zijn culturele erfgoed: hij nam en neemt vrouwen serieus, waar ze ook vandaan komen en wat ze ook gedaan hebben. Wat ben ik ook blij met deze tekst uit Galaten: Er zijn geen Joden of Grieken meer, slaven of vrijen, mannen of vrouwen – u bent allen één in Christus Jezus. (Gal. 3:28)

JEZUS WIL MET MIJ GEZIEN WORDEN
Christus drong er bij zijn tijdgenoten niet op aan dat zij met alle culturele gebruiken zouden breken – sterker nog: Christus hield zich aan alle geldende wetten en was Jood met de Joden. Maar aan onzinnige gebruiken die alleen door menselijke traditie in stand werden gehouden, had Jezus geen boodschap. Daarom plukte hij aren op de sabbat, daarom ging hij rustig om met ‘de verkeerde mensen’ en daarom schaamde hij zich niet om samen met deze zondige vrouw uit Samaria te worden gezien. Wat ben ik blij dat Jezus zich niet voor mij schaamt!

De vrouw liet haar kruik staan, ging terug naar de stad en zei tegen de mensen daar: ‘Kom mee, er is iemand die alles van mij weet. Zou dat niet de messias zijn?’ Toen gingen de mensen de stad uit, naar hem toe. (Johannes 4:28)
Jezus heeft het hart van deze Samaritaanse vrouw gewonnen. Er waren meer mannen in haar leven geweest, maar geen van hen had haar zo overrompeld als deze Jezus die alles van haar bleek te weten. Deze vrouw wordt op slag een blijmoedig getuige en gaat op pad om anderen naar Christus te brengen!
Intussen zeiden de leerlingen tegen Jezus: ‘Rabbi, u moet iets eten.’ Maar hij zei: ‘Ik heb voedsel dat jullie niet kennen.’ ‘Zou iemand hem iets te eten gebracht hebben?’ zeiden ze tegen elkaar. (Johannes 4:31-33)

MISVERSTAND NA MISVERSTAND
We zagen een dergelijk woordenspel bij Nicodemus (over opnieuw geboren worden), we zagen het zojuist nog bij de Samaritaanse vrouw (over het water waar je geen dorst meer van krijgt) en we zien het hier opnieuw bij Jezus' leerlingen. Jezus vond het kennelijk nodig om mensen af en toe 'op het verkeerde been te zetten'. Beter gezegd: Jezus vond het nodig om een aantal misverstanden uit de wereld te helpen zodat de mensen met wie hij sprak zouden beseffen waar het in dit leven ten diepste om gaat!

Nicodemus had het zo druk met het bestuderen en naleven van de letterlijke wet, dat hij niet zag dat het bij God gaat om een geestelijke wet: een mens moet van binnenuit door Gods Geest opnieuw geboren worden. De Samaritaanse vrouw dacht dat ze haar hart kon vullen met de liefde van verschillende mannen, zoals ze haar emmer dag na dag kwam vullen met water. Er kwam geen einde aan haar dorst – totdat zij die geheimzinnige Man ontmoette met wie zij al haar geheimen en levensvragen kon delen, de Man die haar een overvloed aan echte liefde en genade kon schenken.

BOODSCHAPPEN
Ook de leerlingen van Jezus moesten een les van de Meester leren. Ze waren druk bezig geweest met inkopen doen want er moest natuurlijk ook gewoon gegeten worden. Toen zij terugkwamen met het zojuist gekochte voedsel, bracht Jezus hen een boodschap die niet op de markt van menselijke waren te verkrijgen is…

Maar Jezus zei: ‘Mijn voedsel is: de wil doen van hem die mij gezonden heeft en zijn werk voltooien. Jullie zeggen toch: “Nog vier maanden en dan komt de oogst”? Ik zeg jullie: kijk om je heen, dan zie je dat de velden rijp zijn voor de oogst! De maaier krijgt zijn loon al en verzamelt vruchten voor het eeuwige leven, zodat de zaaier en de maaier tegelijk feest kunnen vieren. Hier is het gezegde van toepassing: De een zaait, de ander maait. Ik stuur jullie erop uit om een oogst binnen te halen waarvoor je geen moeite hebt hoeven doen; dat hebben anderen gedaan en jullie maken hun werk af.’ (Johannes 4:34-38)
Jezus geeft zijn leerlingen hier zendingsles. Het is alsof hij zegt: jullie zijn erop uitgetrokken om boodschappen te doen, maar ik heb een andere boodschap voor jullie. Ik stuur jullie erop uit, niet om letterlijk voedsel te halen, maar om een geestelijke oogst binnen te halen die van veel groter belang is! Ik stuur jullie erop uit om het werk af te maken wat anderen voorbereid hebben… Het is duidelijk dat Jezus zijn leerlingen wijst op het zendingsterrein waar zij tot dan kennelijk geen of te weinig oog voor hebben gehad: het goede nieuws moest ook naar mensen die zij tot op dat moment niet hadden zien staan – de Samaritanen. En ja: ook naar de Samaritaanse vrouwen!
In die stad kwamen veel Samaritanen tot geloof in hem door het getuigenis van de vrouw: ‘Hij weet alles van me.’ Ze gingen naar hem toe en vroegen hem bij hen te blijven. Toen bleef hij nog twee dagen. Nog veel meer mensen kwamen tot geloof door wat hij zei; ze zeiden tegen de vrouw: ‘Wij geloven nu niet meer om wat jij gezegd hebt, maar we hebben hem zelf gehoord en we weten dat hij werkelijk de redder van de wereld is.’ (Johannes 4:39-42)

NIEMAND UITGESLOTEN
Jezus gebruikt een welbespraakte, intelligente, wereldwijze Samaritaanse vrouw om haar eigen volksgenoten te bereiken. Jezus laat zich door deze mensen – die gewoonlijk door Joden genegeerd werden – overhalen om langer bij hen te blijven. En het effect blijft niet uit: nog veel meer mensen kwamen tot geloof door wat Jezus zei. Hun geloof was niet meer 'van horen zeggen' - zij werden persoonlijk aangesproken door de redder van de wereld die ook hun redder wilde zijn!

Aan wie breng jij het evangelie? Aan wie onthoud jij het goede nieuws? Zijn er mensen die jij liever niet opzoekt of aanspreekt? Mag de Heer jou gebruiken om afgewezen, gemarginaliseerde en ‘andersoortige’ mensen te bereiken? Sta je net zo in vuur en vlam voor de Messias van alle mensen als deze enthousiaste vrouw? Wil jij anderen bij Jezus brengen, zodat ook zij hem persoonlijk mogen leren kennen als hun Heer en redder?

M@IL